Veel huurders durven niet samen te wonen wanneer zij een AOW of andere uitkering hebben. Wanneer je een AOW uitkering hebt en gaat samenwonen krijg je allebei al snel bijna 500 euro minder AOW op je bankrekening, dan wanneer je alleen woont. Hetzelfde geldt voor de meeste andere uitkeringen en toeslagen. Het zijn serieuze bedragen als je een laag inkomen hebt. Het lijkt een soort boete op samenwonen. De kostendelersnorm werd al de mantelzorgboete genoemd, maar het korten als mensen samenwonen is bij alle uitkeringen gebruikelijk. Samenwonen is vanuit liefde, verbinding en zorg sowieso belangrijk. Maar gezien er woningnood is, zou je verwachten dat de overheid samenwonen zou stimuleren. Er zijn geen cijfers over hoeveel woonruimte door deze samenwoon-boetes ongebruikt blijft, het is immers tegen de regels, maar het gaat vermoedelijk over grote aantallen.
Er is enorme potentie om de woningnood te verminderen, door samenwonen te stimuleren. Nederland staat in de Internationale top als het gaat om onderbewoning. Meer dan 60% van de mensen woont in een huis met meer kamers dan nodig is. Ondanks dat er al jaren pleidooien klinken om samenwonen te stimuleren in plaats van te straffen, is er niets wezenlijk veranderd. Hoe groot de woningnood ook wordt, het inkomensargument telt zwaarder dan het oplossen van de woningnood. Een alleenstaande heeft gemiddeld genomen meer kosten dan iemand die samenwoont. Als men een wat hogere uitkering zou krijgen dan strikt noodzakelijk is om te overleven, zou dat veel goedkoper en sneller zijn. Mensen zouden dan veel eerder gaan samenwonen in de woningen die er al zijn, in plaats van het wachten op al die woningen, die extra gebouwd moeten worden.
Ook mensen die niet afhankelijk zijn van een uitkering en best een kamer of een deel van hun woning willen verhuren wordt het niet makkelijk gemaakt. Grote kans dat het niet mag van de hypotheek of het huurcontract. Hypotheekverstrekkers en verhuurders lopen liever niet het risico dat de inwoner er in het ergste geval niet meer uit wil.
Stimuleren van samenwonen en woning delen heeft geen last van stikstof, hoge bouwkosten en gebrek aan bouwlocaties. Zolang maatregelen van de landelijke overheid uitblijven, worden her en der creatieve oplossingen bedacht door wethouders. In Arnhem bijvoorbeeld krijgen sociale huurders, die willen gaan samenwonen een ‘liefdespremie’. Zij mogen hun wachttijden bij elkaar optellen, om sneller samen een woning te kunnen betrekken en hun afzonderlijke woningen voor anderen beschikbaar te stellen. En sommige woningcorporaties moedigen in samenwerking met gemeenten ‘hospitaverhuur’ aan of verhuren grote woningen met ‘Friends-contracten’, waardoor de vele alleenstaande woningzoekenden sneller samen een woning kunnen krijgen. Alle beetjes helpen, maar dit is een druppel op een gloeiende plaat. De oplossing hier zou landelijke verandering zijn vanuit Den Haag.